Serengeti NP
Serengeti
in Tanzania en Masai-Mara in Kenia vormen samen één geheel. In dit park vindt
jaarlijks de 'big migration' plaats, miljoenen 'Wildebeest' (gnoes) trekken bij
invallen van de droogte door
Serengeti richting Masai-Mara, waar nog voedsel en water te vinden is in de
droge periode. Zorgwekkend is dat steeds minder natuurgebieden aan elkaar
grenzen, zodat het trekken onmogelijk wordt.
Helaas waren we net te laat om de 'big migration'
te zien, wel waren er nog vele achtergebleven 'Wildebeest' te zien, druk met
mini-migrations. Het landschap van Serengeti is heel anders dan dat van
Ngorongoro. In Ngorongoro vind je op een relatief klein oppervlak water, steppe maar ook
veel bos. Serengeti bestaat voor een belangrijk deel uit steppe en savanne, vlak
grasland dat zich tot de horizon uitstrekt, nu en dan gebroken door een
'kopje', grote ronde rotsblokken van graniet (naam komt uit het Zuid Afrikaans).
Ons hotel, Seronera Wildlife lodge, midden in het park gelegen, is gebouwd rond
en in een paar van dit soort kopjes. Knap gedaan: het hotel valt nauwelijks op
in de omgeving. In Serengeti is het een stuk warmer dan in Ngorongoro, al
helemaal in het hotel!
Serengeti is een fantastisch park, maar je moet wel ruim de
tijd nemen. Gelukkig hebben we redelijk de tijd, we maken vier 'gamedrives' in
het park. Soms zie je uren niets en dan opeens, na wat illegale cross-country activiteiten
van onze gids - die hem op 200 dollar boete te staan kunnen komen -
een
cheeta (jachtluipaard) hongerig bezig met zijn maaltijd! Rauw trekt me niet zo, maar een gebarbecuede Thomson Gazelle smaakt fantastisch zoals we in onze lodge te Ngorongoro hebben kunnen testen!
Later zien we nòg twee cheeta's en bij ons vertrek zien we zelfs zeven cheeta's tegelijk,
omzichtig beginnend aan hun jacht, uniek!
We zien ook veel leeuwen, nog nahijgend van het optillen van hun kop of een vergelijkbaar vermoeiende activiteit. Ik kan me met geen mogelijkheid voorstellen dat deze beesten ons zullen aanvallen als we uit het busje stappen. Helaas was de gids wat overbezorgd (raakt vast z'n vergunning kwijt als er toeristen opgegeten worden), zodat ik niet in de gelegenheid was deze theorie te testen. Verderop zagen we nog vier welpjes, schattig om te zien, iets actiever dan hun ouders, al is het gapen niet van de lucht!
Ook
zijn er weer ladingen nijlpaarden, we zien ze nu van heel dichtbij. Ik kan niet
stoppen met fotograferen, de beesten hebben iets heel grappigs met hun roze
oortjes, oogjes en neusgaten. Bovendien maken ze een aanstekelijk blaffend
geluid, wat de indruk wekt dat ze de spot met ons drijven. Jac overweegt nu behalve een flamingo- ook een
nijlpaarden-fotostop! De oogst
qua open bekken is echter minimaal, ook in Serengeti zijn de nijlpaarden
kennelijk hoogintelligent en weten precies wanneer je je rolletje verwisselt!
Bij
de rivier mogen we even de auto uit, hier kunnen we nijlpaarden bewonderen.
Verderop langs de rivier ligt een krokodil. Deze plaats wordt veilig geacht
omdat hij redelijk open is en kort gras heeft - slangen zijn hier heel wat
gevaarlijker dan we ons gerealiseerd hadden. Ik zonder me even af om een plasje
te doen - een eindje lopen voordat ik wat geschikte struikjes vind. De rivier is
vlak achter me, en opeens bedenk ik dat die krokodil ergens deze kant op moet
zitten. Ik kijk om,
naar beneden richting rivier en ja hoor, daar ligt ie, op hooguit
10 meter afstand! Snel een foto maken natuurlijk. Minder spectaculair dan ik
dacht, want volgens onze gids is een krokodil op het land niet zo gevaarlijk,
hij komt nogal moeilijk in beweging en kan ook niet ver rennen. In
water is de krokodil wel veel sneller dan de mens, dus we
gaan maar niet
zwemmen. Je moet trouwens ook met nijlpaarden oppassen, ze zien er zo
gemoedelijk uit, maar volgens onze gids kunnen ze zomaar opeens humeurig worden
(zoals ook in een Nederlandse dierentuin onlangs gebleken is). Toch wel heel
bijzonder om een krokodil van zo dichtbij te zien zonder hekken of andere
obstakels!
Terug naar Virtual Traveling home